Browse Realia
The research database with 46,467 entries include all three published nineteenth-century volumes of Realia. The realia are ordered by date, description and subject in different columns. When a researcher wishes to become familiar with the more than 2,050 eighteenth-century realia subjects, she can browse through the subjects. If she wants to read all realia from a particular year, she can order the realia chronologically by clicking on ‘Date’.
The screen always starts with ‘Aanbestedingen’ on top in the column of ‘Subject’. The columns can be reordered when the researcher clicks on ‘Date’, ‘Description’ or ‘Subject’. Because of the sheer number of entries it is advisable to make some selections by subject or year first.
The scanning of more than 211,000 folios of resolution books is finished, and the realia research database is linked to the scan store. After clicking a realia, the system will retrieve all the scans by date. This means that the researcher will see all the scans of the resolution texts from a particular meeting of the Supreme Government. Within this set of scans the researcher will have to search for the text passage that matches with the content of the selected realium.
Date | Description | Archive Reference | Subject |
---|---|---|---|
March 19, 1802 | Bepaald dat voortaan geen bevordering van de officieren ter zee zal plaats hebben, dan die werkelijk op een schip of vaartuig in Employ zijn, 19 Maart 1802. | Zee- en Scheepszaaken | |
Oct. 18, 1802 | Confirmatie met eene Instructie voor de Commandanten der scheepen en vaartuigen, die ter bekruising geëmployeert worden, 18 October 1802. | Zee- en Scheepszaaken | |
Oct. 29, 1802 | Dispositie op een adres van den Heer Canter Visscher, opgevende de bepalingen op de verstrekkingen van Randsoenen en Emolumenten die voor de zeevarenden zouden kunnen worden ingevoerd, 29 October 1802. | Zee- en Scheepszaaken | |
Nov. 5, 1802 | De Pakhuismeesters te Cheribon en Samarang te laten volstaan met de Peper aan de scheepsoverheden toe te wegen tegens 128 # netto de picol en de scheepsoverheeden met de uitlevering van 126 #, 5 November 1802. | Zee- en Scheepszaaken | |
Dec. 7, 1802 | De distinctive tekenen voor zee- en millitaire officieren bepaald, 7 December 1802. | Zee- en Scheepszaaken | |
Dec. 17, 1802 | Bepaling nopens de Douceuren aan uitkomende officieren op ’s compagnies schepen, 17 December 1802. | Zee- en Scheepszaaken | |
Jan. 11, 1803 | Ontvangen eene missive van den capitein ter zee in ’s lands dienst en commandant van ’s Lands Fregatten van oorlog „de Juno”, „de Eendragt” en „de Phoenix”, verzoekende de noodige orders dezer Regeering te mogen ontvangen, hoedanig de Commissarissen tot den overneem der Oostersche Gouvernementen Ambon, Banda en Ternaten zullen moeten worden behandelt, met opzicht tot het salut, zoo is goedgevonden te verklaaren, dat van de bodem waar op zig Commissarissen tot den bovengenoemden overneem bevinden, de vlag van de Top met de wimpel daar boven moet waayen, 11 Januari 1803. | Zee- en Scheepszaaken | |
March 17, 1803 | Geapprobeerd eene door den Gouverneur-Generaal ontworpen instructie voor den Capitein-Lieutenant ter Zee in ’s Lands dienst, Cowell, voerende ’s Lands brik van Oorlog „de Avonturier”, om zig daarnaar geduurende de reyze naar Ambon en verder te gedragen, 17 Maart 1803. | Zee- en Scheepszaaken | |
March 17, 1803 | Aantekening gehouden van de door diverse particuliere schippers, tot den overvoer van troupes van la Rochelle naar herwaards gediend hebbende transport scheepen, de „Concordia”, „Fredrick der Grosse”, „the Navigation” en de „Goede Intentie”, in name Jacob Koster, Simon Kooter, Jan Paulus Mazelman en Protor Paket gepasseerde declaratoiren, waarbij zij verklaaren, dat zij, behalve Isle de France, geen andere haven buiten het Ressort der Republiek zullen aandoen, 17 Maart 1803. | Zee- en Scheepszaaken | |
April 1, 1803 | Het embargo op de hier ter rheede liggende Engelsche schepen opgeheven, 1 April 1803. | Zee- en Scheepszaaken | |
Bepaald dat de Equipage van ’s Lands Corvet, „the William” uit het rendement van het alhier opgebrachte en geconfisqueerde Engelsche scheepje „The Fortune” en van dies lading zal genieten 3/5 gedeeltens en de Equipage van | Zee- en Scheepszaaken | ||
April 29, 1803 | ’s compagnies schepen, daarbij tegenswoordig geweest zijnde, de overige 2/5 gedeeltens, 29 April 1803. | Zee- en Scheepszaaken | |
May 13, 1803 | De bepaling waarbij de van hier vertrekkende schepen verplicht zijn, zig te verbinden bij retour naar Patria de Caab niet aan te doen, maar wel Isle de France of benoorden om naar een der Hollandsche havens te stevenen geamplecteerd, 13 Mei 1803. | Zee- en Scheepszaaken | |
June 7, 1803 | Ontfangen van den schout-bij-nagt Simon Dekker explicatie en ruwe schets van de constructie der canonneerbooten, lang 70 voeten, zooals dezelve in den jongsten oorlog in de Republiek zijn geëmployeerd geweest, dezelve af te geven aan den Commandeur J. van Hek en Johan Gotlieb Wolfarth, 7 Juni 1803. | Zee- en Scheepszaaken | |
June 7, 1803 | Alsmede van Zijn Edelheid ontfangen een explicatie en ruwe tekening eener kunst-klip, zoodanig als dezelve in het jaar 1799 in het Nieuwe diep bij den Helder is gepractiseerd geworden, dezelve af te geven aan den Collonel von Lutzow, en te onderzoeken of van een gelijk middel tot versterking van de rhede van Sourabaya met vrucht gebruik zoude kunnen worden gemaakt, 7 Juni 1803. | Zee- en Scheepszaaken | |
Aug. 23, 1803 | Den Commandeur en Opper-Equipagemeester te gelasten, de overheden van de ingehuurde schepen direct bij arrivement alhier te informeeren dat dezelve buiten voorkennis niemand van hunne officieren en volk zullen hebben af te danken, en te waken en toe te zien, dat zulks door dezelve promptelijk word nagekomen, 23 Augustus 1803. | Zee- en Scheepszaaken | |
Sept. 12, 1803 | Den Commandeur en Opper-equipagemeester Van Hek gelast te onderzoeken, en tevens de Capiteins der alhier ter rhede liggende schepen te laten opgeven de werking en effect van het filtreer-machine van bedorven drinkwater, 12 September 1803. | Zee- en Scheepszaaken | |
Sept. 13, 1803 | Den Commandanten van ’s Lands vloten, Esquaders of enkelde schepen van oorlog, eenige baaij, rheede, rivier of haven ’s Lands Buitenlandsche Bezittingen of Etablissementen aandoende, waar ’s lands vlag van eenig fort of batterij waait, zullen dezelve het eerst moeten salueeren met het hoogste salut van 21 schoten, welk salut daarop met gelijke schoten van het fort of de batterij zal worden beantwoord, 13 September 1803. | Zee- en Scheepszaaken | |
Sept. 13, 1803 | Wanneer door ’s lands-schepen eenige schepen of andere buit veroverd word, zullen de Commandanten verpligt zijn dien buit over te geeven aan de daartoe gestelde personen, zonder dezelve op eenigerhande wijze te vervreemden of eigendunkelijk te verkoopen, zullende de Procedures daarover voor de respective Raden van Justitie worden afgedaan, 13 September 1803. | Zee- en Scheepszaaken | |
Sept. 13, 1803 | Wanneer eenig schip van oorlog van de respective Mogendheden op eenige rhede of haven van de Buitenlandsche Bezittingen dezer Republiek aankomt en ’s Lands vlag aldaar salueert, het contra-salut altijd zal moeten worden gegeven van de Batterij van de wal evenveel of eenig ’s lands schip van oorlog zig aldaar bevind of niet, 13 September 1803. | Zee- en Scheepszaaken | |